Twee jaar was ik toen ik wist dat ik cello wilde spelen. Het woord van het instrument kende ik nog niet eens, maar de beweging sprak boekdelen.
Toen ik zes was moest ik naar AMV, maar ik wilde een cello…
Eindelijk! Op mijn achtste verjaardag kwam die felbegeerde cello, dat instrument werd mijn grote houvast. In tegenstelling tot mijn geringe prestaties bij veel schoolvakken, leek ik nu eindelijk iets te kunnen. Ik mocht voor de Sint spelen, al snel in het orkest meedoen en ook met allerlei kleinere groepjes en ensembles. Ik was elke avond te vinden in de muziekschool. En ik zorgde dat ik altijd op tijd was (lees, een uur te vroeg…).
Cello spelen leek wel vanzelf te gaan, gevoed door complimenten als:
Ik voelde me er zeer op mijn gemak, op mijn plek, tussen fijne mensen, omgeven door fijne muziek. Die muziekschool was geweldig en echt mijn redding!
Maar ondanks dat het allemaal zo goed leek te gaan, ontstond er ongemerkt een overtuiging. Een flinke valkuil waarmee ik enorm zou gaan worstelen… Het bleek zelfs DE valkuil waar iedere hoogbegaafde mee worstelt. En helaas de valkuil die onbewust wordt gevoed door de omgeving, namelijk:
“Hard werken? NIET NODIG! Met talent kom je er immers vanzelf…”
Ondertussen moest ik naar school. Ik haalde de brugklas met hakken over de sloot, de tweede klas havo mislukte. Ik stapte over naar een andere school, dat mislukte ook.
“Hard werken? Heeft dus totaal geen zin!”
Plus nog een extra overtuiging daarbij: “Zie je wel! Ik kan het TOCH niet”.
Iets kun je blijkbaar NIET of WEL. Iets er tussenin stond niet in mijn woordenboek.
Gelukkig kwam ik uiteindelijk terecht op een school waar ik mocht zijn wie ik was met al mijn chaos, creativiteit, muzikaliteit, gekheid, ikheid. Omdat ik me daar op mijn plek voelde, net als in de muziekschool, kon ik opeens wel functioneren. Uitgedaagd doordat ik mijn creativiteit in alle vakken mocht laten meedoen, leerde ik hier mijn best doen. Leren werd opeens ‘spelen’. Hard werken ging opeens vanzelf. Hoe meer ik deed, hoe leuker het werd! Behalve wiskunde dan…. want dat kon ik immers ECHT niet ;-).
Er zat alleen één addertje onder het gras… Gaandeweg werd er namelijk een nieuwe overtuiging geboren:
“Als ik me maar op mijn gemak voel, als ik me maar begrepen voel, dan pas ben ik in staat om hard te werken en te leren. Voel ik me niet op mijn plek, dan gaat alles op slot. En daar kan ik niks aan doen.”
Deze laatste overtuiging heeft me lang begeleid. Heeeeel erg lang…
En heel eerlijk? Nog steeds weleens! Want deze laatste heeft absoluut een link met Emotionele hyperprikkelbaarheid, één van de vijf hyperprikkelbaarheden van Dabrowski.
Waarom?
Kinderen met deze emotionele voelspriet kunnen heel makkelijk aan zichzelf gaan twijfelen.
Een scherpe voelspriet op het gebied van de emotionele hyperprikkelbaarheid zorgt ervoor dat je je de stemmingen en gevoelens van een ander als het ware kunt absorberen en daarop reageert. Dat draagt natuurlijk heel veel positiviteit, loyaliteit, zorgzaamheid en compassie in zich. Alleen kan het opvangen van alles wat een ander voelt, denkt, vindt en uitstraalt, ongemerkt een graadmeter worden voor jezelf waardoor het moeilijk / verwarrend wordt om goed bij je eigen gevoel te blijven.
De twijfel voedt je eigen overtuigingen en zo creëer je met groot gemak een complex gevoelssysteem waar je jezelf zomaar in verliest. Ook al is die emotionele hyperprikkelbaarheid niet de directe oorzaak van de twijfel, en niet de oorzaak van je zelf gecreëerde gevoelssysteem, het wakkert het vuurtje van de overtuigingen wel aan.
Allemaal zinnetjes die zich vast hadden gezet in mijn brein. Alles wat goed ging en wat ik wel haalde, was toeval of had een andere externe reden. Niets wierp deze zinnetjes omver. Totdat ik leerde dat ik het ZELF was die al die gedachten vastzette. En dat ik het dus ook zelf was die in staat was om daar anders naar te kijken. Het was voor mij een enorme ontdekking dat ik zelf degene was die een invulling gaf aan een bepaald gevoel. Gekoppeld aan en gevoed door oude overtuigingen. Toen ik dat eenmaal doorzag, zag ik dat ik tot veel meer in staat was dan ik altijd had gedacht.
‘Ik KAN het niet!’ veranderde in: ‘Ik kan het NOG niet!’.
Ohhh… DUS:
Vastzittende overtuigingen bleken als sneeuw voor de zon te kunnen verdwijnen…
Interessant! Ik ben benieuwd wat voor overtuigingen ik nog meer omver ga blazen!
De Muziekwijzer is handige gesprekstool die je handvatten geeft om te ontdekken waar het al goed gaat (!) tijdens de muzieklessen en wat je (nog meer) kunt doen en met elkaar kunt bespreken om muziekles geen flop te laten worden maar een GOUDEN ervaring!
De Muziekwijzer stelt je vragen over:
Bovendien reikt de Muziekwijzer kansen en overwegingen aan om door te zetten als het op enig moment moeilijk is. Hierdoor krijg je beter zicht op oplossingen bij allerlei situaties die spelen tijdens de muziekles en thuis.
Doe de Muziekwijzer en maak van muziekles een GOUDEN ervaring!
De Muziekwijzer werd in november voor het eerst getoond in ‘Hoogbegaafd-het Magazine’, het mooie, nieuwe tijdschrift van Kristel van Eijk. Nu is ie voor iedereen verkrijgbaar!
Per 1 dec voor iedereen verkrijgbaar. Nog heel even geduld dus ;-)
Handige gesprekstool voor succesvolle muzieklessen aan hoogbegaafde kinderen.
De Muziekwijzer werd in november voor het eerst getoond in ‘Hoogbegaafd-het Magazine’, het mooie, nieuwe tijdschrift van Kristel van Eijk.
Per 1 dec 2024 is ie voor iedereen verkrijgbaar!
Na ongeveer 10 minuten spelen, barst hij in snikken uit. Hij kan niet meer stoppen. Een beetje troosten helpt niet. De tranen blijven komen.
De dirigent zet hem even apart zodat hij verder kan met de rest van de groep.
Ik speel mee met een groepje leerlingen in een orkestje. Na een paar minuten laat ik de repetitie voor wat het is en zoek ik dit jongetje op.
Verstijfd zit hij op een stoel in een hoekje. Zijn adem zit hoog, zijn schouders zijn opgetrokken, zijn mond stijf dicht, hij wil niet laten zien dat hij huilt.
Dit jongetje ken ik helemaal niet, ik weet helemaal niet wat er zou kunnen spelen. Toch vliegen allerlei gedachten -die helemaal niet hoeven te kloppen- door mijn hoofd:
Ergens heb ik het onbestemde gevoel dat hier zomaar nog meer aan de hand zou kunnen zijn. Het heeft geen zin om iets meer te vragen aan hem. Hij is op dit moment zo dichtgeklapt dat hij niet in staat is om logisch na te denken. Zijn brein zit op slot.
Als we buiten staan, komt zijn moeder er al aan rijden. Hij stort zich snikkend in haar armen. Moeder zegt terloops tegen me: ‘Hier was ik al bang voor, en we zijn zo bezig met de leerkuil…’ Op dat moment vallen er bij mij ongelooflijk veel kwartjes. Het klopt, hier is meer aan de hand!
Juf en moeder weten dat hij deze muziek KAN spelen en gunnen hem een super samenspeelervaring. Maar HOE begeleid je dit kind naar een succeservaring?
Voel je welkom bij Wijsjedeweg om te ontdekken wat jij kan doen om deze kinderen te helpen!
Lees HIER de uitgebreide versie van dit verhaal